INGRID DE JONG
PAINTED ART
Kiekeboe! Daar schrok je wel even van hè? Ik kan er echt niets aan doen. Ik vind het wel zo verschrikkelijk leuk om mensen te laten schrikken. Zo te zien heb ik er zelf nog wel de meeste lol van, knor, knor. Gaat het een beetje met je? Ik ben het maar hoor, Knorretje. Hé, wat zie ik nou? Een trillend onderlipje? Jôh, dat is toch nergens voor nodig. Je hoeft niet bang voor mij te zijn. Ik doe je echt helemaal niets. Vertel me eens wie je hebt meegenomen. Is dat jouw moeder, die daar bij de kippen staat? Wat leuk dat jullie even komen kijken. Leuke moeder ook, knor, knor. Zal ik je wat vertellen over mij? Nou, ik ben een varkentje, ik ben harig en altijd vies. En ik eet werkelijk alles, vooral kleine kindertjes. Nee jôh, knor, knor, geintje! Ik zit je maar wat te plagen. Oh gelukkig, ik zie dat je alweer een beetje kunt lachen. Doe jij dat nooit eens: kattenkwaad uithalen? Dat moet je dan echt eens doen. Je zult zien hoe lachen dat is. Ik lig soms met mijn buik in de lucht te rollen van het lachen. Ja, natuurlijk doe ik dat in de modder. Kun jij ook doen hoor. Dat zal jouw moeder leuk vinden, knor, knor. Hé, weet je wat leuk is? Je moeder laten schrikken. Zullen we iets proberen te verzinnen? Denk je dat je dat durft of zal ze dan heel erg boos op je worden? Ik wil je wel helpen hoor. Ik ben voor niemand bang en heb al zoveel stoute dingen gedaan. Eens even kijken… wat zou jij kunnen doen… Je zou bijvoorbeeld over dit hek kunnen klimmen en paardje gaan rijden op mijn rug. Durf je dat niet? Dat is niet moeilijk hoor, ik heb een brede rug, dus je valt er heus niet zo snel vanaf. Oh, je bent bang voor mij…. Nou, weet je wat! Je moet straks aan je moeder vragen of je even bij de kalfjes mag kijken. Dat is hier vlakbij, om de hoek. Hele schattige, kleine kalfjes die nog niet zo lang geleden geboren zijn. Dat vindt jouw moeder ook vast leuk. Op het moment dat ze die heel lief staat te aaien, loop jij stiekem naar de stal ernaast en maakt het deurtje open. Die box is natuurlijk leeg, maar dat weet jouw moeder niet. Dan roep je ineens keihard dat papa-stier er aan komt en hol je zo hard als je kunt weg. Dat kun je toch wel? Tsjonge, ik heb nu al schik. Nog even wachten en dan zal ik beloond worden, knor, knor.
Ja hoor, daar heb je de poppen al aan het dansen. Hoor ze eens gillen! Kijk haar rennen! Goed gedaan jochie!!! Kom je nog een keertje terug?
Lachen met jou hoor, knor, knor.